Ben Lamb kde@zurgy.org
Natalie Koning nat@switch.demon.nl Vertaler
Basishandelingen
&kivio; starten
Zoals de andere toepassingen van &koffice;, opent &kivio; met het opstartdialoogvenster. Hier kunt u een nieuw document creëren, een opgeslagen document openen of een document openen uit een lijst van recent opgeslagen bestanden.
Als u &kivio; voor het eerst gebruikt, begin dan met een leeg document te creëren door te dubbelklikken op de sjabloon Leeg document.
Het hoofdvenster van &kivio; bevat een overzicht van het huidige document. U ziet de omtrek en de marges van de pagina en een raster. Links en boven bevinden zich de verticale en horizontale linialen. De werkbalk "Hulpmiddelen" wordt standaard helemaal links geplaatst en onder de documentweergave is een knoppenbalk waarmee u een pagina kunt kiezen. Helemaal onderaan bevindt zich de statusbalk waar de huidige positie van de muiswijzer op de pagina wordt getoond.
Bovenaan het venster bevinden zich de werkbalken. Deze bevatten knoppen voor veelgebruikte functies van &kivio;.
Stencils gebruiken
Diagrammen worden gecreëerd door voorgetekende vormen, stencils, op de pagina te plaatsen. Stencils kunnen van alles en nog wat voorstellen, en &kivio; beschikt over een uitgebreide collectie. Voor het gemak zijn ze in categorieën, of stencilsets verdeeld. Om een stencilset te gebruiken kiest u het menu Hulpmiddelen Stencilset toevoegen. Elk submenu bevat lijsten met de beschikbare vormen. De stencils worden links van de documentweergave getoond.
Stencils zijn alleen gegroepeerd om het gemakkelijker te maken ze terug te vinden. Er kunnen verscheidene stencilsets aan een document toegevoegd worden en in &kivio; kunnen stencils uit verschillende sets door elkaar heen gebruikt worden.
Om een stencil in het document te plaatsen sleept u het vanuit de stencillijst naar de pagina.
Stencils selecteren
&kivio; geeft aan dat een stencil geselecteerd is door middel van acht groene vierkantjes op de hoeken en de zijden van het vierkant. De groene vierkantjes zijn handvatten. Om een stencil te selecteren plaatst u de muiswijzer op een stencil en klikt u met de &LMB;. Om alle stencils te selecteren die zich op de pagina bevinden kiest u het menu BewerkenAlles selecteren. Om alles te deselecteren kiest u het menu BewerkenDeselecteren.
Stencils verplaatsen
Om een stencil te verplaatsen moet u eerst op de stencil klikken om deze te selecteren. De vorm van de muiswijzer verandert. Houd de &LMB; ingedrukt en sleep de stencil naar de gewenste plaats. Laat de muisknop los om de stencil op de nieuwe plaats te zetten.
De afmetingen van een stencil wijzigen
Selecteer de stencil en plaats de muiswijzer op één van de handvatten. De vorm van de muiswijzer verandert. Houd de &LMB; ingedrukt en verplaats de muis, de grootte van de stencil wordt gewijzigd.
Een vergissing ongedaan maken
U kunt wijzigingen ongedaan maken door het menu BewerkenOngedaan maken te kiezen of door op de knop op de werkbalk te klikken.
Als u een handeling bij vergissing ongedaan hebt gemaakt, kunt u het menu Bewerken Opnieuw kiezen om het ongedaan maken terug te draaien. &kivio; slaat meerdere handelingen op om verscheidene wijzigingen ongedaan te kunnen maken en opnieuw te doen.
Beperkingen van de stencils
Stencils kunnen op dit moment nog niet geroteerd worden.
Tekst in stencils
In veel van de stencils in de groepen Stroomdiagramverzamelingen, Geografische locaties, Hardwareverzamelingen, Diverse verzamelingen en UML-verzamelingen kan tekst ingevoegd worden, om bijvoorbeeld hun functie te beschrijven. Om tekst aan een stencil toe te voeten plaatst u de muiswijzer op de stencil, dubbelklik erop of open het context menu door met de &RMB; te klikken, en kies Tekst bewerken.... Er wordt een dialoogvenster geopend waarin u tekst kunt intypen. Klik op OK, de tekst wordt in de stencil geplaatst.
Het item Tekst bewerken... is niet beschikbaar als er geen tekst in de stencil ingevoegd kan worden.
Het lettertype, de tekengrootte en overige eigenschappen van de tekst kunnen aangepast worden door het menu Opmaak Tekst... te kiezen of door de knoppen op de werkbalk te gebruiken. De wijzigingen hebben alleen invloed op geselecteerde stencils.
Verscheidene stencils tegelijk selecteren
Er zijn in &kivio; twee manieren om verscheidene stencils tegelijk te selecteren.
Klik op de eerste stencil, houd de &Ctrl;-toets ingedrukt en klik op de volgende stencils die u wilt selecteren. Alle geselecteerde stencils hebben acht handvatten.
Plaats de muiswijzer op een lege plaats bij de stencils die u wilt selecteren.
Houd de &LMB; ingedrukt en sleep de muis naar de andere kant zodat er een rechthoek om de stencils getekend wordt.
De stencils moeten zich volledig binnen de rechthoek bevinden om geselecteerd te worden.
De vulkleur en lijnkleur aanpassen
Stencils kunnen met een kleur gevuld worden en de kleur van de omtrek kan gewijzigd worden. Selecteer de stencil en kies het menu Opmaak Stencils & connectors....
De lijndikte aanpassen
De dikte van de rand van een stencil kan aangepast worden door het menu Opmaak Stencils & connectors... te kiezen. De lijndikte kan breder of smaller gemaakt worden met de schuifpijlen bij Lijndikte op de werkbalk Opmaak. In plaats van op de schuifpijlen te klikken kunt u de waarde ook direct in het vakje Aangepast... intypen.
Vormen met elkaar verbinden
Connectors in &kivio; zijn lijnen die tussen stencils getekend worden. De lijnen blijven aan de stencils verbonden, ook wanneer deze verplaatst worden.
Om een connector te tekenen kiest u HulpmiddelenRechte connector of Hulpmiddelen Meervoudige lijnconnector in het menu.
De knop Meervoudige lijnconnector bevindt zich ook op de werkbalk Hulpmiddelen; standaard bevindt deze werkbalk zich helemaal bovenaan het venster. Wanneer u op de knop geklikt hebt, verandert de muiswijzer zodra deze zich boven de pagina bevindt.
Alle stencils zijn voorzien van blauwe kruisjes op de omtrek, dit zijn de punten waar connectors aan bevestigd kunnen worden.
Om twee stencils met elkaar te verbinden plaatst u één van de uiteinden van de connector op de eerste stencil, terwijl u de &LMB; ingedrukt houdt, tekent u een lijn naar een connectiepunt van de tweede stencil. Het groene vierkantje aan het uiteinde van de connector verandert in zwart wanneer het zich op een connectiepunt bevindt om aan te geven dat de lijn aan een stencil bevestigd is.
Wanneer u geen connectors meer wilt toevoegen klikt u op de knop Selecteren om de selectiecursor weer terug te krijgen.
Er kunnen meerdere connectors aan een stencil bevestigd worden, zelfs aan hetzelfde connectiepunt.
U kunt verscheidene eigenschappen van de connector wijzigen, zoals de lijndikte en de kleur. Dit gaat op dezelfde manier als bij de stencils.
Aan Rechte connectors kan ook tekst toegevoegd worden. Klik met de &RMB; en kies Tekst bewerken... in het contextmenu. Typ de tekst in het dialoogvenster. De tekst wordt met een groen handvat op de pagina geplaatst. U kunt de tekst verplaatsen door het handvat te verslepen.
Aan weerszijden van een connector kunnen pijlpunten toegevoegd worden. Selecteer de connector en kies dan het menu Opmaak Pijlpunten....
Beperkingen: Connectors lopen niet om stencils heen, u moet ze handmatig aanpassen. Tekst wordt altijd horizontaal weergegeven, op dit moment is het nog niet mogelijk om tekst te roteren.
Stencils groeperen
U kunt verscheidene stencils tijdelijk of blijvend groeperen. Wijzigingen aan één van de stencils hebben ook invloed op de andere stencils in de groep.
Selecteer de stencils die u wilt groeperen en kies het menu Opmaak Geselecteerde stencils groeperen.
De procedure kan teruggedraaid worden door een groep stencils te selecteren en het menu Opmaak Groepering opheffen te kiezen.
Stencils stapelen
Stencils kunnen over elkaar heen geplaatst worden. Wanneer u een stencil over een andere stencil heen tekent, zal de bovenste stencil de onderste overlappen. Om de volgorde in de stapel te wijzigen selecteert u een stencil en kiest u het menu Opmaak Naar de voorgrond of Opmaak Naar de achtergrond.
Naar de achtergrond plaatst de stencil onderop de stapel, de stencil wordt door alle bovenliggende stencils overlapt. Naar de voorgrond plaatst de stencil bovenop de stapel, de stencil overlapt alle onderliggende stencils.
Stencils vergrendelen
De eigenschappen van een stencil kunnen vergrendeld
worden om onbedoelde wijzigingen te voorkomen. Om de bescherming van een stencil te wijzigen kunt u het menu Beeld Paletten Bescherming kiezen. Selecteer de stencils die u wilt beschermen en markeer de eigenschappen die beschermd moeten worden in het menu.
Eigenschappen die beschermd kunnen worden, zijn: Breedte, Hoogte, Beeldverhouding, X-positie, Y-positie en Verwijdering. Verwijdering voorkomt dat een stencil uit het document verwijderd wordt.
Stencilgeometrie
Om de afmetingen van een stencil nauwkeurig te specificeren kiest u het menu Beeld Paletten Stencilgeometrie. Het palet bevat vier tekstvakken, hier kunt u de horizontale (X:) en verticale (Y:) positie en de Breedte: en Hoogte: van het stencil instellen.
Hoewel de maten in centimeters staan aangegeven is het mogelijk om andere maateenheden in het tekstvak in te vullen. Wanneer u bijvoorbeeld 2,5mm intypt, wordt dit omgezet in centimeters. Punten (pt) en inches (in) worden ook geaccepteerd.
Het document bekijken
In- en uitzoomen
Om het zoomniveau in te stellen kunt u het menu Beeld Zoomniveau kiezen. Het submenu bevat een lijst met percentages van 33% tot 500%; de waarden geven aan hoe veel het document vergroot wordt.
Op de werkbalk Bewerken bevindt zich ook een keuzelijst met zoomniveaus.
Een tweede methode om de vergroting te bepalen is met behulp van het zoomgereedschap. Dit bevindt zich op de werkbalk Hulpmiddelen. Er zijn twee manieren om dit gereedschap te gebruiken. Klik op het document om het te vergroten; houd de &Shift;-toets ingedrukt en klik op het document om het te verkleinen, &ie; uit te zoomen.
De andere manier is: houd de &LMB; ingedrukt en sleep een rechthoek met de muis om het gedeelte dat u wilt vergroten, wanneer u de muisknop loslaat zal dat gedeelte van het document het gehele venster vullen.
Het document verschuiven
Met het gereedschap Verschuiven kunt u het document verschuiven. Wanneer u met hoge vergrotingen werkt, is het gehele document niet altijd zichtbaar. Om het document te verschuiven zodat het gewenste gedeelte zichtbaar wordt, klikt u op Verschuiven op de werkbalk Hulpmiddelen of kiest u Hulpmiddelen Verschuiven in het menu. De muiswijzer verandert in een hand. Plaats de muiswijzer op de pagina, houd de &LMB; ingedrukt en sleep tot het gewenste gedeelte zichtbaar is.
Het overzicht
Met behulp van het palet Overzicht kunt u snel het zoomniveau instellen en het document verschuiven. Om dit palet te activeren kiest u het menu Beeld Paletten Overzicht.
Een miniatuurafbeelding van het document wordt weergegeven. Een rode rechthoek geeft het gedeelte van het document aan dat momenteel zichtbaar is. Klik ergens in deze afbeelding om het beeld naar dat gedeelte te verschuiven. De rechthoek kan ook versleept worden.
Onderin het palet is een schuifregelaar en er zijn twee knoppen om 25% in of uit te zoomen.
Paletten gebruiken
Alle paletten hebben een handvat waarmee ze verplaatst kunnen worden. Ze kunnen zowel aan de randen geplaatst worden als zwevend in een eigen wenster. Om een palet te verbergen of te tonen selecteert u het in het menu Beeld Paletten.
Meerdere weergaven
Er kunnen van hetzelfde document meerdere weergaven tegelijkertijd geopend zijn.
Selecteer Nieuwe weergave in het menu Beeld om een nieuw &kivio;-venster met hetzelfde document te openen. Dit kan vooral handig zijn wanneer u twee monitors tegelijkertijd gebruikt.
Het extra venster kan gesloten worden, &kivio; vraagt alleen of u het document wilt opslaan wanneer het laatste venster gesloten wordt. Alle vensters die hetzelfde document bevatten kunnen tegelijk gesloten worden door het menu Beeld Alle weergaven sluiten te kiezen.
Gesplitste weergaven
Het venster kan ook in twee of meer deelvensters gesplitst worden, die gebruikt kunnen worden om twee gedeelten van een document op hetzelfde moment te zien. Om een venster te splitsen kiest u het menu Beeld Gesplitste weergave. De oriëntatie van de deelvensters kan gewijzigd worden door het menu Beeld Splitser-oriëntatie te kiezen. Om het venster weer in zijn oorspronkelijke staat terug te brengen kiest u het menu Beeld Deelvenster verwijderen.
Het beeld instellen
Het menu Beeld bevat opties om de weergave van paginaranden, paginamarges, linialen, hulplijnen en het raster in en uit te schakelen.