Weergaven Een van de belangrijkste dingen om te weten bij het maken of bewerken van afbeeldingen, is hoe u de weergave van de afbeelding kunt aanpassen aan uw (wisselende) wensen. Dit hoofdstuk beschrijft de diverse mogelijkheden die &chalk; u biedt. Zoomen Door te zoomen kunt u afbeeldingen op verschillende detailniveaus bekijken. Uitzoomen toont een groter deel van de afbeelding in minder detail. &chalk;heeft een aantal mogelijkheden om te bepalen welk deel van de afbeelding getoond wordt: Inzoomen Door in te zoomen krijgt u meer details, maar een kleiner deel van de afbeelding op uw scherm. U kunt inzoomen met het menu-item BeeldInzoomen, door op de knop Inzoomen op de werkbalk te klikken, en met de sneltoetsen &Ctrl;+. U kunt inzoomen tot 1600% (een vergroting van 16x) in een aantal vaste stapgrootten. Uitzoomen Met uitzoomen kunt u een groter deel van de afbeelding bekijken, u verliest wel wat details. U kunt uitzoomen met het menu-item BeeldUitzoomen, door op de knop Uitzoomen op de werkbalk te klikken, en met de sneltoetsen &Ctrl;-. U kunt uitzoomen tot 0.2% (een verkleining van 500x) in een aantal vaste stapgrootten. Terug naar 100% Omdat het bekijken van uw afbeelding op ware grootte soms handig is, kunt u BeeldWare pixels of de sneltoetsen &Ctrl;0 gebruiken om dit snel te doen. In- en uitzoomen via het tabblad Overzicht Met het tabblad Overzicht in het palet (dat zich normaliter aan de rechterkant van uw &chalk;-venster bevindt) kunt u ook in- en uitzoomen: gebruik de schuifregelaar of de schuifpijlen. Op deze manier kunt u andere zoomniveaus bereiken, dus als in- of uitzoomen op de bovenstaande manieren niet het gewenste resultaat oplevert, kunt u het op deze manier proberen. De knop 1:1 toont de afbeelding weer op 100%. Speciale zoomniveaus Er zijn nog twee manieren om te zoomen. Met het menu-item BeeldPassend op pagina wordt uw afbeelding zo groot mogelijk, maar in zijn geheel, weergegeven. Met BeeldVolledig scherm (of &Ctrl;&Shift;F) wordt het &chalk;-venster schermvullend gemaakt en de titelbalk wordt verwijderd. Hoewel dit geen echte zoom is, kan het u helpen door net dat kleine stukje meer van uw afbeelding te laten zien. Werken met vensters Naast het veranderen van het zoomniveau, kunt u ook nieuwe (deel-)vensters voor uw afbeelding openen. Hiermee kunt u bijvoorbeeld twee verschillende delen van uw afbeelding bekijken die u normaal gesproken niet tegelijk zou kunnen zien. Nieuwe vensters U kunt een nieuw &chalk;-venster voor uw afbeelding openen met Beeld Nieuwe weergave. De twee vensters zijn onafhankelijk van elkaar (dus u kunt bijvoorbeeld verschillende gereedschappen gebruiken of verschillende delen van uw afbeelding bekijken, &etc;), maar wijzigingen die u in het ene venster aanbrengt zijn onmiddellijk zichtbaar in het andere. Om een venster te sluiten, gebruikt u de normale sluitknop. U kunt ook het menu BeeldAlle weergaven sluiten kiezen, waardoor alle nieuwe vensters gesloten worden en alleen het oorspronkelijke venster open blijft. Deelvensters U kunt ook een venster in twee deelvensters splitsen. Net als een nieuw venster heeft een deelvenster eigen instellingen voor penselen, zoomniveaus en dergelijke, maar beide deelvensters worden in hetzelfde venster weergegeven. Om uw venster te splitsen, gebruikt u BeeldVenster splitsen. Het weergavegebied van het &chalk;-venster wordt dan opgedeeld in twee helften. U kunt tussen horizontale en verticale opdeling wisselen met het menu Beeld Splitseroriƫntatie, en teruggaan naar een enkele weergave met Beeld Deelvenster verwijderen. Diverse weergave-opties &chalk; biedt nog twee andere opties die u kunnen helpen met het vinden waar u zich in uw afbeelding bevindt. Linialen U kunt &chalk; linialen met x- en y-coƶrdinaten laten weergeven langs de randen van uw afbeelding. Om dit te doen, kiest u Beeld Linialen weergeven of gebruikt u &Ctrl;R. De linialen worden automatisch aangepast aan uw zoomniveau om een fatsoenlijk aantal onderverdelingen weer te geven. Om de linialen weg te halen, kiest u hetzelfde menu-item (dat nu Linialen verbergen heet) of gebruikt u opnieuw &Ctrl;R. Raster Om rasterlijnen te zien, kiest u Beeld Raster tonen. U kunt de afstand tussen de lijnen instellen met Beeld Rasterafstand en u kunt kleuren instellen voor de lijnen in het dialoogvenster Instellen &chalk; instellen... (zie het gedeelte over rasters in het hoofdstuk Instellen).