>Gedetailleerde uitleg: Het maken, opslaan en afdrukken van documenten</title>
<para
>In dit hoofdstuk kunt u alles vinden over het maken van een nieuw document, het opslaan van een document, het terugvinden van een opgeslagen document en het afdrukken van een document.</para
>
<sect1 id="new-doc">
<title
>Een nieuw document maken</title>
<indexterm
><primary
>nieuw document maken</primary
></indexterm>
<para
>U kunt op vijf manieren een nieuw document maken:</para>
>In dit dialoogvenster hebt u de volgende keuzen:</para>
<itemizedlist spacing="compact">
<listitem>
<para
><link linkend="new-doc-from-template"
>een nieuw bestand van een sjabloon maken</link
></para>
</listitem>
<listitem>
<para
><link linkend="loading-existing-doc"
>een bestaand document openen</link
></para>
</listitem>
<listitem>
<para
><link linkend="loading-recent-doc"
>een recent bestand openen</link
></para>
</listitem>
</itemizedlist>
<para
>&kword; onthoudt uw vorige keuze en gebruikt die keuze als de huidige standaardoptie.</para>
<sect2 id="new-doc-from-template">
<title
>Een nieuw bestand van een sjabloon maken</title>
<para
>Om een nieuw bestand van een sjabloon te maken moet u eerst kiezen welke sjabloon u wilt gebruiken.</para>
<orderedlist>
<listitem
><para
>Gebruik de pictogrammen aan de linkerkant van het dialoogvenster om een sjabloongroep te kiezen. Klik met de &LMB; om de groep te selecteren, de beschikbare sjablonen in die groep worden aan de rechterkant getoond.</para>
<note>
<para
>Sjablonen zijn ofwel voor paginaopmaak ofwel op tekst georiënteerd (zonder frames) . Als u wilt nalezen wat de verschillen zijn, kunt u <link linkend="wp-vs-dtp"
>hier</link
> klikken.</para>
</note>
<para
>Zodra u op een pictogram hebt geklikt, worden alle beschikbare sjablonen getoond. Elke sjabloon heeft een titel, op het pictogram erboven kunt u de globale indeling van de sjabloon zien. </para>
<tip>
<para
>Bij &kword; worden vier standaard sjabloongroepen meegeleverd. U kunt nieuwe groepen toevoegen door externe sjablonen te installeren of door <link linkend="template-creation"
>uw eigen sjablonen te creëren</link
>.</para>
</tip
></listitem>
<listitem
><para
>Klik met de &LMB; op een sjabloon om deze te selecteren. De geselecteerde sjabloon wordt geaccentueerd.</para
></listitem
>
<listitem
><para
>Bevestig uw keuze door op <guibutton
>Deze sjabloon gebruiken</guibutton
> te klikken. Er wordt nu een nieuw document van deze sjabloon gemaakt.</para
></listitem>
</orderedlist>
<tip>
<para
>U kunt ook op een sjabloon dubbelklikken, &kword; laadt dan direct deze sjabloon.</para>
</tip>
</sect2>
<sect2 id="loading-existing-doc">
<title
>Een bestaand document openen</title>
<para
>Klik op de knop <guibutton
>Bestaand document openen...</guibutton
>, er verschijnt een nieuw dialoogvenster. Meer informatie over dit dialoogvenster kunt u vinden in <link linkend="file-dialog"
>Na elk van deze methoden voert &kword; dezelfde actie uit.</para>
<important
><para
>Wanneer u het commando <guimenuitem
>Opslaan</guimenuitem
> kiest, geeft u &kword; opdracht om het bestand met de huidige naam op te slaan. U krijgt niet de kans om de bestandsnaam of de locatie te veranderen. Als u de naam van het bestand of de plaats waar het wordt opgeslagen wilt wijzigen, moet u <link linkend="command-save-as"
><menuchoice
> <guimenu
>Bestand</guimenu
><guimenuitem
>Opslaan als...</guimenuitem
></menuchoice
></link
> op de menubalk kiezen.</para
></important>
<para
>Als u dit bestand nog niet eerder opgeslagen hebt, heeft het bestand nog geen naam. &kword; voert dan automatisch het commando <link linkend="command-save-as"
><guimenuitem
>Opslaan als...</guimenuitem
></link
> uit, zodat u het bestand een naam kunt geven. </para>
<para
>&kword; meldt niets als het opslaan succesvol was. Als het bestand zonder problemen opgeslagen is, kunt u direct weer verdergaan met het bewerken van uw document.</para>
<para
>U kunt verifiëren dat het bestand opgeslagen is door op de titelbalk te kijken. Als er onopgeslagen wijzigingen zijn, staat er <emphasis
>Als het opslaan succesvol was, staat alleen de bestandsnaam op de titelbalk. Als er problemen bij het opslaan zijn, verschijnt er een foutmelding.</para>
>Wanneer u de map, waarin u het bestand wilt opslaan geopend hebt, kunt u een bestandsnaam in het tekstveld <guilabel
>Locatie</guilabel
> typen.</para>
<tip
><para
>&kword; kan een <literal role="extension"
>.pdf</literal
>-bestand voor u creëren. Uitleg kunt u vinden in <link linkend="qd-pdf"
>Hoe maak ik een <literal role="extension"
>.pdf</literal
>-bestand?</link
></para
></tip>
<tip
><para
>U hoeft geen <literal role="extension"
>.kwd</literal
> aan de bestandsnaam toe te voegen, &kword; doet dit automatisch.</para
></tip>
<note>
<para
>&UNIX;-bestandsnamen zijn flexibeler dan die op veel andere besturingssystemen. Bestandsnamen kunnen:</para>
<itemizedlist spacing="compact">
<listitem
><para
>bijna elke lengte hebben</para
></listitem>
<listitem
><para
>uit elke combinatie van hoofd- en kleine letters bestaan</para
></listitem>
<listitem
><para
>spaties en leestekens bevatten</para
></listitem>
</itemizedlist>
<para
>Bestandsnamen kunnen beter niet:</para>
<itemizedlist spacing="compact">
<listitem
><para
>beginnen met een spatie of een punt</para
></listitem>
<listitem
><para
>eindigen met een bestaande extensie (<literal role="extension"
>.ps</literal
>, <literal role="extension"
>.pdf</literal
>, &enz;) </para>
</listitem>
</itemizedlist>
</note>
<para
>Wanneer u de juiste informatie hebt ingevuld, klikt u op <guibutton
>Opslaan</guibutton
> om het bestand daadwerkelijk op te slaan.</para>
<para
>&kword; meldt niets als het opslaan succesvol was. Als het bestand zonder problemen opgeslagen is, kunt u direct weer verdergaan met het bewerken van uw document. Als er problemen bij het opslaan zijn, verschijnt er een foutmelding.</para>
<note>
<para
>&kword; laat u het bestand alleen opslaan als u schrijfrechten voor de map hebt. Als u probeert om een bestand op te slaan zonder de nodige schrijfrechten, geeft &kword; een foutmelding.</para>
</note>
</sect3>
</sect2>
</sect1>
<sect1 id="loading">
<title
>Een opgeslagen document terugvinden</title>
<indexterm
><primary
>een &kword;-bestand laden</primary
></indexterm>
<para
>Het commando <guimenuitem
>Openen...</guimenuitem
> kan op vier manieren aangeroepen worden: </para>
<itemizedlist>
<listitem>
<para
>door op het tabblad <guilabel
>Bestaand document openen</guilabel
> te klikken wanneer u een <link linkend="new-doc"
>U kunt dit dialoogvenster gebruikene om het bestand te vinden dat u wilt laden. Wanneer u het gevonden hebt, klikt u met de &LMB; op de bestandsnaam. Wanneer de bestandsnaam geselecteerd ik, klikt u op <guibutton
> toont de geselecteerde printer. Klik op de knop <guibutton
>Eigenschappen</guibutton
> om deze printer in te stellen.</para>
<para
>Klik op de keuzelijst om een andere printer uit de lijst te kiezen.</para>
<para
>De keuzelijst <guilabel
>Naam:</guilabel
> geeft u de volgende mogelijkheden: afdrukken naar een postscript-bestand of naar een PDF-bestand, afdrukken naar een fax-modem (om als fax te verzenden), of e-mailen als PDF-bestand. Als u een optie gekozen hebt, kunt u een bestandsnaam in het tekstveld <guilabel
>Uitvoerbestand:</guilabel
> invullen.</para>
<para
>De regel <guilabel
>Status:</guilabel
> vermeldt of uw printer aangesloten is en of de printer bezig is met printen. U kunt de informatie op deze regel niet wijzigen.</para>
<para
>De regels <guilabel
>Type:</guilabel
> en <guilabel
>Locatie:</guilabel
> vermelden welk soort printer geselecteerd is en de locatie van de printer. U kunt de informatie op deze regels niet wijzigen.</para>
>Afhankelijk van het afdruksysteem dat door uw computer gebruikt wordt, kunnen er meer afdrukopties beschikbaar zijn dan dat er hier beschreven worden. De opties die hier beschreven worden, zijn beschikbaar op <emphasis
> kunt u kiezen om het document helemaal af te drukken (selecteer <guilabel
>Alles</guilabel
>), om alleen de pagina af te drukken waar de cursor zich bevindt (selecteer <guilabel
>Huidige</guilabel
>, of om een bepaald aantal pagina's af te drukken. Als u <guilabel
>Bereik</guilabel
> selecteert, vult u het paginabereik in het tekstveld in. (Bijvoorbeeld: 3-13).</para>
<para
>In de keuzelijst <guilabel
>Afdrukbereik</guilabel
> kunt u aangeven of &kword; de <guilabel
>Even pagina's</guilabel
>, de <guilabel
>Oneven pagina's</guilabel
> of <guilabel
>Alle pagina's</guilabel
> moet afdrukken.</para>
<para
>Bij <guilabel
>Kopieën</guilabel
> stelt u in hoeveel kopieën u wilt afdrukken. U kunt het aantal direct in het tekstveld typen of met behulp van de de schuifpijlen veranderen. &kword; kan maximaal 999 kopieën in één keer afdrukken.</para>
<para
>U kunt &kde; uw documenten laten sorteren door het keuzevakje <guilabel
>Sorteren</guilabel
> te markeren. &kde; drukt dan eerst alle pagina's voor de eerste kopie af, daarna alle pagina's voor de tweede kopie, &enz; Als dit keuzevakje niet gemarkeerd is, drukt &kde; alle kopieën van de eerste pagina af, daarna alle kopieën van de tweede pagina, &enz;</para>
<para
>U kunt ook bepalen of het document van voor naar achter afgedrukt wordt (de eerste pagina wordt het eerst afgedrukt), of in omgekeerde volgorde (de laatste pagina wordt het eerst afgedrukt).</para>
<para
>Als u op <guibutton
>Opties <<</guibutton
> klikt, wordt het dialoogvenster weer zonder extra opties weergegeven.</para>
<para
>Wanneer u tevreden bent over de instellingen, klikt u op <guibutton